Hasselt Hertekend

EXPO

Tot midden 19de eeuw kenmerkt Hasselt zich als een middeleeuws omwald stadje. De erkenning als provinciale hoofdstad in 1839 en de afbraak van de stadsomwalling zorgen voor een keerpunt in de geschiedenis. Een nieuwe boulevard rond de stad, een spoorlijn en een kanaal vormen de basis voor de latere stadsontwikkeling. Vanaf het midden van de 19de eeuw wordt Hasselt ‘hertekend’ tot de stad die we vandaag kennen.

Aan de hand van nieuwe tekeningen, foto’s en archiefmateriaal toont de expo hoe de stad is gegroeid doorheen drie periodes: de 19de-eeuwse stadsontwikkeling rond de boulevard (1839-1914), de 20ste-eeuwse stadsuitbreiding met karakteristieke interbellumarchitectuur (1918-1940) en de naoorlogse welvaartsperiode met grootschalige gebouwen en infrastructuren (1945-1979). Zo ontstaat een lezing van de stad in drie historische lagen met een eigen tijdsgeest en typerende gebouwen. Deze lezing helpt om de historische waarde en de ruimtelijke betekenis van het Hasselts erfgoed uit elke periode te begrijpen. 

Bijzondere aandacht gaat naar de historische en architecturale kwaliteit van de typische stadswoningen uit de interbellumperiode. Huis Douchar en Huis Gilissen van de befaamde Belgische architecten Léon Stynen en Huib Hoste vormen belangrijk beschermd erfgoed uit deze periode. Aan de hand van geveltekeningen en detailfoto’s toont de expo wat de interbellumwoningen samen betekenen voor het stadsbeeld van Hasselt.

GESCHIEDENIS VAN HASSELT

Voor 1839

Na het verkrijgen van stadsrechten in 1232, wordt in Hasselt een marktplaats en stadsomwalling aangelegd. De markt ligt op het kruispunt van de vier hoofdstraten die verbonden zijn met de vier toegangspoorten in de omwalling. Tot 1839 behoudt Hasselt haar middeleeuwse karakter met een sterk contrast tussen de omwalde binnenstad en het landelijk gebied eromheen.

1839-1914

Na de Belgische onafhankelijkheid verliest de omwalling haar militaire functie. Ze wordt vervangen door een boulevard rond de stad. In dezelfde periode worden de steenwegen, de spoorlijn en het kanaal Dessel-Hasselt aangelegd, wat zorgt voor een betere verbinding met een grotere regio. Langs de boulevard en de steenwegen worden nieuwe gebouwen ingeplant. 

Hasselt 1850-1914
Schema: HOERA Vormgevers

1918-1940

Tussen de oorlogen kent de stad een grote bevolkingstoename. Er komen heel wat stadswoningen bij, langs de steenwegen en nieuw aangelegde straten. De groene omgeving vormt een belangrijke troef. Heilig Hartwijk en Runkst verschijnen op de kaart als eerste voorstadswijken. De aanleg van het Albertkanaal in 1934 is een belangrijke nieuwe verbinding voor de bedrijven.

1945-1979

Na WO II bestaat de welvaartsgroei van Hasselt enerzijds uit de vervanging van historisch stadsweefsel door nieuwe grote gebouwen en anderzijds uit de stadsuitbreiding met solitaire gebouwen en verspreide verkavelingen. De nieuwe snelweg wordt in 1963 voltooid en vier jaar later starten de werken aan de grote ring van Hasselt. Een monofunctionele viervaksbaan vervangt de boulevard met wandelpromenade en bomen.

BLOEIPERIODE VAN DE BOULEVARD

Zicht op Hasselt tussen 1839-1914
Tekening: Blauwdruk Stedenbouw

Na de onafhankelijkheid van België wordt de stad Hasselt erkend als provinciehoofdstad. Bijgevolg verliest de stadsomwalling zijn militaire functie en maakt deze plaats voor een nieuwe boulevard rondom de stad. De werken vinden plaats van 1846 tot 1856.

In de tweede helft van de 19de eeuw wordt de  boulevard een gegeerde locatie voor nieuwe publieke functies in de provinciehoofdstad die geen plaats meer vinden in de binnenstad. Statige publieke gebouwen langs de boulevard zoals de gevangenis, het Sint-Jozefscollege, het Atheneum, de Dusartkazerne en het Clarissenklooster dateren uit deze periode. Strikte bouwvoorschriften lijken niet te bestaan. Elk gebouw heeft een eigen vorm en taal die past bij de functie (gevangenis, school, klooster, fabriek, kazerne …). 

Naast de publieke functies was de boulevard met zijn brede boomrijke wandeldreef ook een aantrekkelijke plek om te wonen voor de rijke burgerij. Eclectische herenhuizen worden gekenmerkt door een verticale ritmering, voortuinen met gietijzeren hek en een rijke ornamentiek.

Wat deze gebouwen als gemeenschappelijk kenmerk hebben, is een royale voortuin met een hekwerk of muur aan de boulevard. Het samenspel van markante gebouwen in een groene omkadering versterkt het prestigieus en samenhangend karakter van de boulevard. Dit vormt een uniek ensemble van gebouwen, infrastructuur en landschap in de Hasseltse bouwgeschiedenis.

IMPACT VAN DE WELVAARTSGROEI

Na 1945 kent Hasselt een volgende belangrijke uitbreiding en transformatie, die gekenmerkt wordt door de vooruitgangsgedachte van de jaren 50 en de nodige ijver om België na de oorlog een economische doorstart te geven. Eind jaren 40 komt er met de aanleg van de Casterwijk een eerste planmatige oplossing voor de naoorlogse woonnood in Hasselt. Architecturaal heeft deze wijk weinig betekenis, maar ze betekent wel een belangrijke eerste uitbreiding van het woongebied. Vele andere verkavelingen zullen volgen. Nieuwe wegeninfrastructuur voor de auto vormt een ander belangrijk deel van de naoorlogse ontwikkeling. De grote Ring rond Hasselt en de Koning Boudewijnautosnelweg zijn hiervan mooie voorbeelden.

De oorspronkelijke boulevard met volgroeide bomen rond de binnenstad maakt in deze periode plaats voor een kleine Ring met vier rijstroken. Vanaf de jaren 50 wordt de zone tussen kleine en grote Ring verder bebouwd en verkaveld. Het cultuurcentrum Hasselt, het zwembad, het Virga Jesseziekenhuis, kantoren en scholen worden hier ingeplant als vrijstaande modernistische gebouwen buiten de historische stad. Tijdens de naoorlogse transformatie worden ook (delen van) bestaande bouwblokken in de historische binnenstad op drastische wijze hertekend. De afbraak en vervanging van een volkswijk door de prestigieuze Tweetorenwijk is een veelbesproken project. Ook de bouw van een nieuw kantoorgebouw voor de Generale Bank en het Administratief Centrum aan het Groenplein tonen de kenmerkende architecturale vernieuwing van deze periode en de schaalbreuk met de bestaande omgeving. Zo groeit de binnenstad tot een commercieel en administratief centrum, terwijl de bewoners verhuizen naar verkavelingen in de rand.

Tekening Generale Bank, Hasselt
Bron: Jaspers-Eyers Architects

NALATENSCHAP VAN INTERBELLUMARCHITECTUUR

Kuringersteenweg 144
Architect: Arthur Baar

De periode tussen de twee wereldoorlogen is een tijd van crisis en twijfel op politiek en economisch vlak. Niettemin kent Hasselt een gestage bevolkingsgroei en een belangrijke stadsuitbreiding langs bestaande steenwegen en nieuwe rechtgetrokken straten (vaak op oude landwegen). Een grotere visie of plan voor de stad ontbreekt. Op basis van rooilijn- en onteigeningsplannen wordt de stad straat per straat uitgebreid en perceel per perceel bebouwd. De grens tussen de stad en de open ruimte vervaagt.

Vele inwoners van Hasselt verkiezen een woning in de groene rand waar ze kunnen genieten van de voordelen van de stad en tegelijk wonen in een gezonde omgeving. Runkst en Heilig Hartwijk verschijnen op de kaart als de eerste voorstadswijken met een eigen parochie, een kerk, een plein en een school. In de Heilig Hartwijk komen ook de eerste sociale woonwijken tot stand.

Langs de Kuringersteenweg (en latere Koningin Astridlaan) bouwen grotere handelaars hun woningen met bijhorende magazijnen in een uitgesproken modernere architectuurstijl. De nabijheid van het station en de ligging langs een belangrijke invalsweg waren wellicht twee belangrijke troeven voor de handelaars.

Qua architectuur ontstaat in deze periode van twijfel een prettige mix van interbellumwoningen in verschillende stijlen. In de eerste jaren na de oorlog kiest men vaak voor een historiserende of eclectische stijl. Later evolueert de voorkeur van sommige architecten én opdrachtgevers naar een romantisch kubisme, modernisme of nieuwe zakelijkheid, onder invloed van de architecten Huib Hoste, Léon Stynen, Arthur Baar, Sylvain Brauns en vele anderen. In deze expo komen enkele architecten en typerende woningen uit die periode aan bod, zonder volledig te willen zijn.

Bouwaanvraag Rozenhuisje, Clément Vananderoye
Bron: Stadsarchief Hasselt, Dienst Vergunningen

HUIB HOSTE & LEON STYNEN

In 1926 gaf Paul Gilissen, een Hasseltse handelaar in koloniale waren, opdracht aan architect Huib Hoste om zijn woning langs de Koningin Astridlaan te ontwerpen. Tijdens zijn verblijf in Nederland in WO I geraakte Hoste geïnspireerd door de architectuur van De Stijl en de Amsterdamse school, die vooruitstrevender was dan de eerder traditionele architectuurstijlen in België. Zo wordt hij in België erkend als een voorstander van moderne architectuur.

Huis Gilissen vertoont de typische kenmerken van een internationale architectuurstijl met het platte dak, de driedimensionele gevel met erker en afgeronde hoeken, een horizontaal en verticaal lijnenspel en de asymmetrische plaatsing van de ramen. De combinatie van baksteen, beton, metaal en loodglas is ook typisch voor deze periode. Anderen zullen zich later inspireren op de moderne architectuur van Huib Hoste.

Detailfoto Huis Gilissen
Fotograaf: Alexander Verlaak
Gevelmaquettes Huis Gilissen & Huis Douchar
Maquette: Maximiliaan de Rooij

Langs dezelfde invalsweg krijgt architect Léon Stynen in 1934 de opdracht voor de bouw van de eigen woning van de heer Douchar, een aannemer en handelaar in bouwmaterialen. In deze woning laat Stynen zich inspireren door Le Corbusier en toont hij zijn voorliefde voor een zuivere vorm, optimale lichtinval, vrije plattegrond en dakterras. De horizontale vlakke voorgevel met zwarte en gele geglazuurde baksteen, bandramen en een sokkel met voordeur langs de doorgang wijkt sterk af van de klassieke gevelopbouw van de Hasseltse rijwoning. De achtergevel kent een meer plastische opbouw door een spel van volumes en balkons.

COLOFON

Curator: Peggy Totté
Scenografie: Bing York Oh
Artistieke collages: Malgorzata Maria Olchowska
Stedenbouwkundige tekeningen: Blauwdruk Stedenbouw
Gevelfotografie: Alexander Verlaak
Grafisch ontwerp: Hoera Vormgevers
Geveltekeningen, maquettes, productie & ondersteuning: Brent Vanheyst, Amélie Lammens, Lynne Jansen, Noémie Crick, Maximiliaan De Rooij, Iris Peeters, Lieve Drooghmans
Gebaseerd op interviews met: Peter Bongaerts, Willy Meertens, Alex Ghys, Roger Liekens
Met dank aan volgende archieven: Stad Hasselt (Stadsarchief, Stadsmus, dienst Vergunningen, dienst Grondbeleid, GIS-cel), Jaspers-Eyers Architects, Leon Reyskens, Beeldenbank Onroerend Erfgoed, Geneanet
Met de steun van: stad Hasselt, Cultuurcentrum Hasselt, Vlaanderen

Bronnen: Thesis Liese Bongaerts: Interbellumarchitectuur in Hasselt

MEER OVER AW

Architectuurwijzer (AW) is een architectuurcultuurorganisatie die wil bijdragen aan kwalitatieve architectuur in Vlaanderen. AW gaat op zoek naar goede praktijkvoorbeelden en reflecteert over de kracht van het architecturaal ontwerp, de ambacht van het bouwen, het opdrachtgeverschap, de maatschappelijke context en de beleving door gebruikers. Modernistisch erfgoed en wonen zijn centrale thema’s binnen de werking. AW kan rekenen op de steun van Vlaanderen, stad Hasselt, Cultuurcentrum Hasselt, Provincie Limburg, stad Genk, C-mine cultuurcentrum, UHasselt Architectuur en Kunst, Z33, Cera, CPE, Tarkett, Vandersanden Group, Cedral, Equitone, Reynaers, Forster, Architectura, Steven Massart fotografie

PERS

Perscorrespondenten op zoek naar meer info over de tentoonstelling, kunnen contact opnemen met lieve@architectuurwijzer.be.

Beeldmateriaal staat ter beschikking via Flickr. De beelden mogen gebruikt worden als er een relatie is met de tentoonstelling. Gelieve telkens de copyright te vermelden.